Hoe om te gaan met inroostering
In de drogisterijbranche werken veel dames, velen daarvan met jonge gezinnen. Nu scholen en kinderopvangcentra in ieder geval dicht zijn tot 6 april 2020 kan dat vragen oproepen bij werkgevers over inroostering en loondoorbetaling.
Werknemers zullen de opvang van hun kinderen in verband met de sluiting van school of kinderopvang moeten gaan regelen. Lukt dat niet direct dan kan de werknemer, als het noodzakelijk is voor de opvang van haar kind(eren), calamiteitenverlof opnemen. Tijdens het calamiteitenverlof wordt het loon doorbetaald. Calamiteitenverlof is alleen bedoeld om bij plotseling opkomende situaties de noodzakelijke voorzieningen te treffen. Het kan hooguit 1 tot 2 dagen duren. Het biedt dus geen oplossing voor de gehele periode waarin scholen en kinderopvang gesloten moeten blijven. Daar is ook geen andere wettelijk voorziening voor.
Volgens het CBD is de drogisterijmedewerker benoemd tot één van de cruciale beroepen die een beroep kunnen doen op kinderopvang en opvang op de basisschool.
Hoewel de opvang van de kinderen primair een zaak van de ouders is, wordt ook aan werkgevers in deze uitzonderlijke situatie begrip gevraagd. Van werknemers mag verwacht worden dat zij er alles aan doen om opvang te regelen voor die kinderen waarvoor opvang noodzakelijk is, dat wil zeggen voor kinderen die op de crèche of basisschool zitten. Wellicht biedt het verschuiven van werktijden (bijv. naar het weekend) soelaas.
Indien er geen alternatieven voor opvang voorhanden zijn, is voor de hand liggend dat beide partners – als zij beiden werken – de opvang zoveel mogelijk gelijk over elkaar verdelen. In voorkomende gevallen kan dit anders zijn, bijvoorbeeld indien een van de partners in een van de vitale sectoren werkt en zoveel mogelijk moet blijven werken.
Als werknemers er niet in slagen om opvang te regelen voor alle dagen waarop zij normaliter werken, kan de werknemer bijvoorbeeld vakantie- of plusuren opnemen.
Als een onderneming wegens het coronavirus sluit (schoonheidssalons bijv.) of (aantoonbaar) minder werk heeft (en daardoor minder arbeidscapaciteit) dan kan die mogelijk in aanmerking komen voor de Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW), die de regeling werktijdverkorting opvolgt.
Komt u er niet uit, neem contact op met de KNDB.